Op 8 mei 2021 herdachten wij discreet het einde van de tweede wereldoorlog in Europa.
Deze 76e verjaardag werd helaas grotendeels overschaduwd door de coronacrisis.
De HZIV voelt zicht echter sterk betrokken. De rechthebbenden van onze directie oorlogsslachtoffers kunnen er immers van getuigen.
Onze sociaal assistenten hadden dan ook een gesprek met mevr. Keller, één van deze rechthebbenden, die wij mochten feliciteren met haar 106e verjaardag.
Zij is niet enkel de oudste van onze leden, zij is ook een gewezen verzetstrijdster tijdens de bezetting door de nazi's.
Wij delen graag dit interview met u.
Eén van onze oudste leden, mevrouw Clementina Keller, is geboren op 6 januari 1915. Zij is dus dit jaar 106 geworden. Dit leek ons een uitgelezen kans om een gesprek te hebben met mevr. Keller in gezelschap van, enige zoon, Hugo. Wij overhandigen haar voor haar verjaardag een bos bloemen en hebben ook wat pralines meegenomen. Mevr. Keller is namelijk een zoetebek.
- Hoe komt het volgens uzelf dat u zo oud geworden bent?
Ik heb altijd graag gewerkt en ben dus altijd bezig geweest. Ik had nog één zus die 6 jaar jonger was, zij is ondertussen overleden. Ze is 86 jaar geworden.
Mijn eerste man heeft gevochten in Spanje en was ook actief in de weerstand. Het is via mijn man dat ook ik bij de weerstand terecht ben gekomen.
- Herinnert u zich nog dingen van de oorlog? (Hugo antwoordt hierop, omdat mevr. Keller haar geheugen wat achteruit gaat, met deze anekdote:)
Haar ouders hadden een café en mijn moeder was destijds actief bij de weerstand. Ze maakten onder andere documenten met een stelselmachine. Deze machine stond buiten in de serre om niet op te vallen. Die pakjes/documenten moest mevr. Keller als koerier ronddragen. Op een bepaald moment, aan de Brugse poort in Mechelen, stond mevrouw daarom te liften. Er stopte echter een vrachtwagen met Duitse soldaten en iedereen, ook mevr. Keller, stapten in. Gelukkig hadden de soldaten niets in de gaten en is ze nooit betrapt geweest.
Hugo was ongeveer 5 jaar toen mevrouw in de weerstand zat. Hijzelf herinnert zich natuurlijk niets meer van die periode.
- Heeft u nog contact met mensen uit de weerstand?
Ik ben geen lid meer van een vereniging dus de contacten zijn beperkt. Ik heb wel nog contact met een aantal mensen die in de vereniging van de weerstand zitten.
- Heeft u dan nooit schrik gehad?
Ik was nog te jong om veel schrik te hebben. Het is echter al lang geleden en de herinneringen vervagen.
- Wat voor werk heeft u gedaan?
Ik heb eerst mijn moeder een tijdje geholpen in het café en daarna heb ik thuis als naaister gewerkt. Ik had veel klanten die bij mij dingen lieten maken. Dit werk deed ik bijzonder graag en daarom heb ik het dan ook zeer lang gedaan.
-Heeft u nog tips voor de jonge mensen vandaag?
Zo oud worden is niet altijd even plezant omdat je niet altijd meer kan doen wat je zelf wil. Anderen beslissen daarom soms voor jou.
Mijn tip voor de jongeren is: bekijk elke dag als een geschenk. Ik sta s ’morgens op en elke dag is een nieuwe dag, alles begint opnieuw.
- Wat vond u een positief punt uit uw eigen jeugdjaren?
Mensen kwamen toen meer samen. Het betere contact zorgde voor een groter gemeenschapsgevoel. De mensen hebben tegenwoordig steeds minder tijd en contacten verlopen via de telefoon of computer. Dat is niet hetzelfde en zorgt voor onbegrip en onverschilligheid.
Mevrouw Keller werd onlangs ingeënt tegen het coronavirus. Ze heeft er geen last van gehad en is zeer goed nu. Een sterke dame!
- Hoe heeft u dit corona-jaar ervaren?
Ik had het niet direct door omdat ik sowieso weinig buiten kom. Het viel me pas op omdat iedereen op straat plots een mondmasker droeg als ik door het raam keek. Hugo heeft vaak moeten herhalen waarom iedereen een mondmasker moet dragen.
Er komt dagelijks iemand helpen om mevrouw te wassen, te kleden, eten te maken en het huishouden te doen. Hugo komt ook dagelijks langs bij zijn moeder.
Mevrouw Keller zit nog regelmatig op de hometrainer om in beweging te blijven. Want ze stapt niet zoveel meer. Ze heeft vroeger altijd met de fiets gereden dus die routine zit er nog altijd in.
Nu slaapt mevrouw vaak, ook overdag, om 18 u s ’avonds gaat ze slapen en s ‘morgens maken de verzorgers haar wakker. Ze blijft s ’nachts dus nog altijd alleen thuis. Mevrouw wil zo lang mogelijk thuis blijven wonen en dit lukt dankzij al deze hulp.
Als er bezoek is, blijft ze wel wakker maar daarna valt ze vaak in slaap. Ze slaapt nog zeer goed en volgens haar huisarts is ze supergezond. Haar hart & longen zijn nog zeer goed.
Mevrouw eet wel niet zoveel meer. Van snoepen en chocolade ze echter graag. Warm eten heeft ze niet zo graag meer. Ze weet dus nog zeer goed wat ze graag heeft.
- Hoe is dit voor u als zoon, Hugo?
Ik verwonder me er elke dag over en ben tevreden dat mijn moeder, ook dankzij de hulp, nog zo goed is.